zondag 21 juli 2013

Annet de Lange: 'Bundel kennis over duurzame inzetbaarheid'

De term duurzame inzetbaarheid duikt de laatste jaren steeds vaker op. Maar het onderzoeksveld is nog behoorlijk jong. Annet de Lange (1977) promoveerde cum laude op het thema arbeid en gezondheid en legt zich toe op de duurzame inzetbaarheid van ouderen.

Na een rapport over duurzame inzetbaarheid voor het Instituut Gak en een handreiking die daarop volgde in samenwerking met Sandra Brouwer en collega's van het UMCG, redigeerde De Lange met Beatrice van der Heijden het boek  Een leven lang inzetbaar? Duurzame inzetbaarheid op het werk: interventies, best practices en integrale benaderingen. Dit boek kwam in mei van dit jaar uit. Ook nam ze het initiatief voor het Kennisnetwerk Duurzame Inzetbaarheid (nkdi.nl).

Het begrip duurzame inzetbaarheid staat nog maar in de kinderschoenen?
‘Duurzaamheid is pas vanaf de jaren zeventig als begrip naar voren geschoven, naar aanleiding ook van milieukwesties. De relatie tussen duurzaamheid en inzetbaarheid is pas sinds de laatste jaren in het kader van de vergrijzing van de arbeidspopulatie een thema geworden.’

Dat was hard nodig?
‘Ja dat was wel nodig. We hebben echt een exitcultuur, een vroeg-met-pensioen-cultuur. Als ik het goed zeg was 49 procent van de 55-plussers in 2011 niet aan het werk. Dat was ook geen probleem omdat er genoeg jongeren waren om de uitstroom op te vangen. Maar de babyboomgeneratie ging met pensioen en gezinnen krijgen minder kinderen.’

U bent op zoek gegaan naar interventies om ouderen duurzaam inzetbaar te maken. Waar moet ik dan aan denken?
‘In Nederland wordt veel gedaan met de thema’s gezondheid, denk aan ergonomie, en ontwikkeling, maar niet met motivatie. In het boek hebben we hier ook onderzoek naar gedaan, dat je een doorwerkinterventie moet realiseren. Dat werkt gedeeltelijk, maar je merkt ook dat heel veel ouderen obstakels ervaren in het nieuw ontwerpen van hun loopbaan. Stel je werkt in een bedrijf met een vast contract en een salaris waarmee je je hypotheek kunt afbetalen en je hebt het niet meer naar je zin. Dan is het eng om te zeggen: ik ga iets doen wat ik echt leuk vind.’

Als je 55 bent moet je natuurlijk nog steeds tien, twaalf jaar werken.
‘Ja. Sommige bedrijven zoals Achmea hebben een intern mobiliteitsbureau dat je helpt met een coachingstraject en dat vind ik een heel mooi initiatief. Maar dat is voor kleinere bedrijven niet altijd goed te financieren. Ook zie je dat we in Nederland goed zijn in curatie: we gaan interventies aanbieden als er een probleem is. Maar vanuit preventie zijn we niet zo creatief, zoals het stimuleren van een gezonde leefstijl.’

Dat het onderzoeksveld nog in de kinderschoenen staat, merkt De Lange goed. Ondanks dat het probleem zeer actueel is en overheid en bedrijven bij diepgravend onderzoek gebaat zijn, is hier nauwelijks geld voor. En dus doet ze een oproep: Neem contact met ons op! Er staan veel onderzoekers of studenten klaar om uw interventies te onderzoeken.'

Bedrijven zijn toch ook gebaat bij gezonde werknemers die tevreden naar hun werk gaan?
‘Zeker! Die zien dat ook wel, maar het samenvoegen van kennis zou integraal moeten gebeuren. Dat zeggen we ook in het boek: probeer vanuit een onafhankelijke stichting of een onafhankelijk centrum die kennis te bundelen.’

(Realisatie: SCHERP! media)